Het nieuwe regeerakkoord biedt ongetwijfeld heel wat kansen, maar stelt ook uitdagingen. Als lerarenopleiding willen wij bijdragen aan een onderwijssysteem dat elke leraar goed voorbereidt, maar dat kan alleen met realisme, respect én de nodige middelen.
De ambities van het Vlaams regeerakkoord zijn op het vlak van onderwijs duidelijk: sterkere leraren, meer maatschappelijke waardering voor het beroep en een onderwijslandschap dat toegankelijker en inclusiever is met een focus op de Nederlandse taal. Maar om die doelen te realiseren, moeten we kritisch kijken naar de haalbaarheid en de gevolgen van bepaalde voorstellen. Het idee dat elke leraar een taalbewuste leraar moet zijn, wordt in het regeerakkoord naar voren geschoven. Dit kan zeker bijdragen aan de taalvaardigheid van leerlingen, maar vraagt om meer dan alleen het toevoegen van een opleidingsonderdeel Nederlands in de lerarenopleiding. De realiteit is dat taalvaardigheid een doorlopende inspanning vergt, niet alleen van de leraar, maar van het hele onderwijssysteem. De uitdaging is om die aanpak zinvol te integreren in de bestaande curricula zonder de druk op toekomstige leraren nog verder te verhogen. Dit vereist extra ondersteuning, tijd en middelen, waarvan het onduidelijk is of ze er komen.
Een ander punt van zorg is de oriënterende starttoets. Het regeerakkoord stelt dat studenten binnen één jaar moeten slagen voor de volledige toets en dat er verplichte remediëring aan gekoppeld wordt. Dit klinkt goed in theorie, maar we moeten oppassen dat we geen drempels opwerpen die de instroom naar het lerarenberoep juist beperken. De praktijk wijst uit dat studenten met een passie voor het vak soms tijd nodig hebben om zich te ontwikkelen.
Wat het regeerakkoord ook duidelijk maakt, is de ambitie om het lerarenberoep aantrekkelijker te maken. Het versterken van de maatschappelijke status van leraren is absoluut noodzakelijk. Maar dit vraagt om structurele maatregelen. Ondersteuning bij de start van de loopbaan is cruciaal. We merken dit elke dag in onze opleidingen: studenten hebben nood aan realistische, goed begeleide praktijkervaringen. De engagementsverklaring vraagt om via een model van ‘samen opleiden’ nog meer in te zetten op sterke partnerschappen. Het is positief dat dit erkend wordt, maar zonder extra investeringen, blijft dit een loze belofte. De middelen die nu werden toegekend zijn er immers maar voor 5 jaar. Een duurzame oplossing is dit niet.
We moeten ook kritisch kijken naar het plan om levensbeschouwelijk onderwijs te hervormen tot één vak rond “interlevensbeschouwelijke dialoog.” Dit voorstel verzwakt de keuzevrijheid van ouders en leerlingen om zich te verdiepen in hun eigen levensbeschouwing. Het risico bestaat dat het nieuwe vak te oppervlakkig blijft.
Het nieuwe regeerakkoord biedt ongetwijfeld heel wat kansen, maar stelt ook uitdagingen. Als lerarenopleiding willen wij bijdragen aan een onderwijssysteem dat elke leraar goed voorbereidt op de diversiteit en complexiteit van het moderne klaslokaal. Maar dat kan alleen met de nodige middelen, een realistische kijk op de instroom en respect voor de culturele en levensbeschouwelijke diversiteit die ons onderwijs al decennialang kenmerkt.
De kansen en valkuilen van het Vlaamse regeerakkoord | Het Belang van Limburg