Werken binnen Hogeschool PXL betekent zo veel als werken met en voor studenten, in een gedreven en professioneel team, een sfeer met kansen voor nieuwe ontwikkelingen en trends, en werk met een maatschappelijke relevantie en meerwaarde. Als vooruitstrevende ‘hogeschool met het netwerk’ wil de Hogeschool PXL haar meer dan 700 medewerkers een uitdagende functie met maximale ontplooiingskansen bieden.
Je kan als medewerker op verschillende wijzen verbonden zijn aan Hogeschool PXL: ofwel heb je als medewerker een statutaire aanstelling, ofwel ben je contractueel in dienst.
Voor statutaire personeelsleden zijn de rechtsverhoudingen tussen de Hogeschool PXL als werkgever en het personeelslid als werknemer vastgelegd in het hogescholendecreet. Statutair is elk personeelslid dat bezoldigd wordt via de werkingsuitkeringen die het Departement Onderwijs van de Vlaamse Gemeenschap voorziet.
Voor contractueel aangeworven personeelsleden geldt grotendeels de wet betreffende de arbeidsovereenkomsten, m.a.w. dezelfde wet als in de privésector. Een contractuele aanstelling kan zowel voor bepaalde als voor onbepaalde duur gebeuren met een arbeidsovereenkomst. In tegenstelling tot statutairen, worden contractuelen niet door het Departement Onderwijs betaald, maar rechtstreeks door de hogeschool.
Een aantal arbeidsvoorwaarden verschillen naargelang je tot het statutair of contractueel personeel behoort. De belangrijkste verschillen schuilen in de vakantie, ziekte- en pensioenregeling.
ATP of OP
Naargelang je opdracht in de hogeschool behoor je als statutair personeelslid tot het Onderwijzend Personeel (OP) of het Administratief en Technisch Personeel (ATP):
- ATP: afkorting voor Administratief en Technisch Personeel.
Leden van het ATP vervullen management, coördinerende, beleidsvoorbereidende of -uitvoerende, organisatorische, administratieve en/of logistiek-technische taken en voorzien de randvoorwaarden waardoor de hogeschool haar kerntaken kan uitvoeren. In principe worden deze functies bij aanvang contractueel toegewezen. Wanneer er plaatsen vrijkomen in de personeelsformatie, volgt de overgang naar het statutair kader. Een aantal arbeidsvoorwaarden verschillen naargelang je tot het ATP of het OP behoort. - OP: afkorting voor Onderwijzend Personeel.
Hiermee wordt de groep personeelsleden aangeduid die meestal belast zijn met taken als het verstrekken van onderwijs, onderzoek, begeleidingsopdrachten, beoefenen van de kunsten en/of maatschappelijke en wetenschappelijke dienstverlening. Het ambt dat een onderwijzend personeelslid kan bekleden is decretaal bepaald: de meest voorkomende ambten in de hogeschool zijn praktijklector, lector, assistent, praktijkassistent en docent.
Statutaire functies zijn vast, tijdelijk vacant of ad interim
- Vast: betekent dat een personeelslid benoemd is. Een benoeming gebeurt nooit bij indiensttreding maar op een later moment in de loopbaan van een medewerker als hij titularis is van een tijdelijk vacant ambt.
- Tijdelijk vacant: de toewijzing van een tijdelijk vacant ambt gebeurt via een selectieprocedure. Een tijdelijk vacant ambt is een functie die voorzien is in de personeelsformatie. Nogal eens wordt gesproken van 'open of vacante uren'. Een statutaire medewerker krijgt bij indiensttreding in een vacant ambt in principe een aanstellingsovereenkomst voor één academiejaar jaar of tot aan het einde van het lopende academiejaar. Vanaf het derde opeenvolgende academiejaar is de aanstelling voor onbepaalde duur.
Een aanstelling in een tijdelijk vacant ambt kan aanleiding geven tot een benoeming, mits er aan een aantal individuele voorwaarden is voldaan. De mogelijkheid tot benoeming is bovendien afhankelijk van organisatorische factoren. - Interim: een interimcontract is een tijdelijke aanstelling in een ambt aan de hogeschool, ter vervanging van een personeelslid. Een interimcontract is per definitie voor bepaalde duur en loopt af wanneer de titularis terugkeert in zijn/haar functie of op het einde van het academiejaar. De aanstelling is vernieuwbaar.
Contractueel personeel
- Een aanstelling in contractueel verband wordt meestal toegepast in geval van projecten (onderzoek, dienstverlening, specifieke opdrachten, …).
Een aanstelling voor een administratieve of technische functie is bij aanvang ook steeds in contractueel verband (zie ATP).